Het geheim rond het kerkfabriek

De kerk is een vat vol mysteries. Maar ook van geheimen en recent nogal wat schandalen.

Het kerkfabriek

Reeds als klein ventje (we spreken van vorige eeuw) werd mij in het boerengehucht waar ik opgroeide, respect bijgebracht voor de mannen van het kerkfabriek. De gewone boeren gingen na de hoogmis op café, maar de mannen van het kerkfabriek gingen de pastorie binnen. Die pastorie had iets heiligs. Indien ge uw assekruisje de hele vasten kon vrijwaren van het washandje, dan mocht ge met Pasen eieren gaan rapen in de hof van de pastorie. Het is mij nooit gelukt, niemand overigens, maar het hield de mystiek levendig. En die mannen van het kerkfabriek mochten daar altijd binnen. Groot ontzag. Ze moesten wel hun schoenen uitdoen aan de voordeur. Orders van Melanie, huishoudster en zuster van de pastoor. Verantwoordelijk voor het boenen van de vloer en het onthaal van de beminde parochianen. Aan dat “beminde” zat er toen al een reukje.

De mannen van het kerkfabriek slagen er tot op vandaag in die mystiek te handhaven. Zo een beetje gelijk die van de Loge. Wie zijn de leden? Niemand buiten het clubje weet het. Van sommigen is het bekend, van andere niet. Je komt ze tegen in allerlei verenigingen om de kerkelijke belangen de verdedigen. Ook in de gemeenteraad. Ze maken uiteraard deel uit van de bevriende politieke partij en spitsen de oren wanneer het woord “kerk” valt. Wanneer het om ongevaarlijke vragen gaat wordt het woord gelaten aan de meer fijnbesnaarde partijleden om een antwoord te formuleren. Maar bij vragen zoals “Van wie is de kerk nu eigenlijk?” komen de haren van de spreekwoordelijke bulldog recht. Zijn vervaarlijk geblaf moet een duidelijk antwoord verhinderen. Of snode vraagstellers laten inbinden, liefst met schaamrood op de wangen. De leden van het kerkfabriek lusten geen pottekijkers.

Zouden er vrouwen in het kerkfabriek zetelen? Ik weet het niet. In mijn jonge tijd waren het allemaal mannen met stevige knevels, bretellen en een klak. Behalve de pastoor, die droeg een jurk, en de dokter, die kwam altijd in kostuum en bolhoed. Moeder Overste zat er niet in. Die moest met haar nonnetjes de kerk klaar zetten voor de vespers.

Aan wie legt het kerkfabriek verantwoording af? Toch niet rechtstreeks aan de paus denk ik dan.

Restauratie van de kerk

Ze hebben wel een relatie met de Erfgoedstichting, want die betalen mee voor de restauratie van de kerk. Blijkt nu die kerk twee heiligen te hebben: St. Ludgerus en St. Michiels. Vraag is nu wie er in de linkerbeuk woont, en wie in de rechterbeuk. Ik hoop niet in de toren, want die wordt binnenkort gerestaureerd, en dat brengt toch altijd een hoop stof mee. Kwatongen beweren dat ge nu al uw stoeltjesgeld kunt betalen met koperkuis. Om de klokken op te blinken.

Van wie is de kerk?

Maar ik weet ondertussen dat het schip van de kerk (het laag gedeelte) en de toren van verschillende eigenaars zijn. De toren van de gemeente en het schip van het kerkfabriek, of omgekeerd. Dat weet ik nog niet. De dekenij zou van de gemeente zijn. En in die dekenij zit er een gouden kamer. Doet mij denken aan de graftombes in de Vallei der Koningen waar er ook nog geheime kamers zouden zijn. Indien we daarmee uitpakken, staat Vlaanderen Vakantieland hier morgen met een mobiele studio. De gouden kamer van de (vroegere) dekenij van Zele, nu gedegradeerd tot pastorie. Voor de Engelsen: The Golden Chamber of Zele. En volgend jaar allemaal Japannerkes met flitscamera’s als eendjes peddelend achter een madam met omhooggestoken paraplu. “We now go to Golden Sjeember and then drink beer in Boeddhah temple on market plees”.

Zou toch leuk zijn, Zele als toeristische gemeente?  Met naaldkant hebben we een centrum op wereldniveau. Ik zeg zomaar wat.

Zomerproject.

Deze zomer is er geen gemeenteraad. Ik heb dus tijd om dat allemaal eens te onderzoeken. Vooral die kerkfabriek, dat intrigeert mij.

 


Een reactie op “Het geheim rond het kerkfabriek
  1. Amai, wie dit gelezen heeft kijkt ongetwijfeld uit naar de voorstelling van mijn volgende roman ‘De safe in de pastorij’, die op woensdag 12 oktober 2016 om 20 u in het gemeenschapscentrum De Wiek aan de Zandberg in Zele wordt voorgesteld. Het Davidsfonds organiseert de avond, de Minnezangers komen tussendoor zingen en de bisschop van Gent, mgr. Luc Van Looy, geeft een inleiding.
    Talloze mysteries rond de pastorij, de goudlederkamer, de kerk en de geheimen van de safe die een vroegere pastoor die plotseling overleden is zonder de code van de safe na te laten worden erin onthuld.
    Een fotobijlage over de goudlederkamer en de Sint-Ludgeruskerk zal menig Zelenaar extra interesseren.
    De vele bezoekers van de dekenij (vanaf 15/8 pastorij, want Zele en Lebbeke behoren vanaf dan tot het nieuwe dekenaat Dendermonde)
    zullen na de lectuur van de roman elk detail van de goudlederkamer des te meer bewonderen.
    Actuele thema’s rond geloof en Kerk worden in de roman zonder taboe’s aangesneden.
    Kortom, beste Dirk, je bent van harte welkom, zowel op de voorstellingsavond als in de pastorij!

    Deken (binnenkort pastoor) Jan

    PS De kerkfabriek is een openbaar bestuur. De verslagen van elke vergadering worden naar het bisdom, de province en het gemeentebestuur gezonden. Kandidaat-leden kunnen zich bij elke verkiezing van de raad melden. De leden kiezen een nieuw lid als er een vacature is. En ja hoor, ook vrouwen worden gekozen!

Abonneer je op Beethoven

Voer je e-mailadres in om een bericht te krijgen telkens er een nieuwe Beethoven tekst verschijnt. Je e-mailadres wordt enkel en alleen hiervoor gebruikt.

Top